De komst van de Messias als het Woord Gods

Door: Hendri Plaggenmars

 

Het evangelie over de komst van de Messias als het Licht in het vlees luidt als volgt (SV):

Johannes 1:9: “Dit was het waarachtige Licht, Hetwelk verlicht een iegelijk mens, komende in de wereld”.
Johannes 1:14: “En het Woord is vlees geworden, en heeft onder ons gewoond (en wij hebben zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als des Eniggeborene van de Vader), vol van genade en waarheid”.

 

Donkere tijd
Kerstdagen, donkere dagen in een donkere tijd. Natuurlijk ook letterlijk, het zijn de donkerste dagen aan het einde van het jaar.
Maar ook een donkere tijd in de samenleving. De coronapandemie en haar gevolgen die maar voortduurt. Maatregelen vanuit de overheid die nodig zijn om de intensieve zorg te blijven waarborgen.

Maar aan de andere kant ook maatregelen met beperkingen voor de feestdagen zelf. De mogelijkheden voor familiebezoek zijn beperkt of helemaal niet mogelijk. En voor velen kan dat een groot gemis zijn in deze dagen.

En mogelijk is er meer te noemen over de tijd waarin wij leven.

Juist in een donkere tijd is het belangrijk om stil te staan bij de komst van de Heiland in het vlees. Hij immers is het Licht, de Weg, de Waarheid en het Leven (Joh. 14: 6 en 11). En hopelijk mag deze korte overdenking over de komst van de Heiland in het vlees hieraan een bijdrage leveren.

 

Licht in het donker
Wat betekent het nu dat de kerk het feest van het Licht viert in een moeilijke tijd?
Is het niet eerder een tijd om te treuren?

Treuren en weeklagen zoals te lezen is in het Bijbelboek Joël, vooral in het eerste hoofdstuk:
“Het veld is verwoest, het land treurt”.  Ja, zelfs de priesters treuren, de dienaren van de HEERE (Joël  1:9).
Sterker nog, in Joël 2 vers 17 staat: “Laten de priesters, de dienaren van de HEERE, wenen”.
Wenen en treuren want de dag van de HEERE komt (Joël 2:1), een dag van wolken en donkerheid.

Ja, ook in het Oude Testament, voorafgaand aan de komst van de Messias in het vlees, was er sprake van moeite en rampspoed (Joël 1:3). Immers, de wijnoogst (Joël 1:5, 7 en 12) en de graanoogst waren verwoest (Joël 1:10).
Een vuur heeft de weiden van de woestijn verteerd (Joël 1:19) en de waterstromen zijn uitgedroogd.
Er lijkt geen uitzicht meer. Zelfs de offerdienst in de tempel was weggenomen(Joël 1:9).

Maar toch profeteert de profeet Joël  over de Leraar der Gerechtigheid in het tweede hoofdstuk (Joël  2:23). Het uitzien naar de komst van Hem als de Leraar der Gerechtigheid is juist een reden dat de kinderen van Sion zich mogen verheugen in de Heere (Deut. 18:18).

Maleachi die in het tweede hoofdstuk schrijft over het uitroeien van de trouweloze uit de tenten van Jakob en het altaar van de HEERE dat bedekt wordt met tranen en met geween (Mal. 2:11-13). En dezelfde profeet die profeteert over de komst van de HEERE van de legermachten (Mal. 3:1). En zo uitziet naar de komst van de Heiland in het vlees.

 

Komst in het vlees
De profeet Jesaja die profeteert over de Knecht van de Heere “die verhoogd zal worden en verheven” (Jes. 52:53). En over een Licht voor de heidenvolken (Jes. 49: 6). Een Licht met een voorzetsel hetwelk een ‘richting’ of ‘doel’ aangeeft. De Korte Verklaring wijst daarbij niet alleen op Israël als de stammen van Jakob, letterlijk “Israëls bewaarden”, maar ook op de centrale vervulling door Christus komst in het vlees (KV, p. 123).  Knecht van de Heere die tot het licht der natiën wordt gesteld.  Evenals de profeet Jesaja kon later de apostel Petrus in zijn brief schrijven over “Zijn striemen die U genezen” (1 Petr. 2:24; Jes. 53:5). Hij die komen zou en nadien werkelijk in het vlees gekomen is als het waarachtige Licht (Joh. 1:9). Het waarachtige Licht dat ieder mens verlicht. Ook in een duistere en donkere tijd (Jes. 5:30).

 

Het Woord dat Vlees is geworden
De apostel Johannes beschrijft het kerstevangelie in vergelijking met de andere evangeliën op een andere wijze. Daar waar de Evangelist Mattheüs en Lucas in diens evangeliën een duiding geven over de plaats en tijd van Zijn geboorte en Zijn komst op aarde schrijft Johannes over “het vleesgeworden Woord van God” (vgl. Matth. 2:1 en 16 én Luc. 1:5).  In het eerste vers van het evangelie naar Johannes is het Woord zelfs onderwerp.  Het Woord dat ook als onderwerp in zijn proloog (voorrede) weer terugkomt (vers 14). Immers, het Woord was God.

En het Woord was er vanaf het begin. In den beginne vanaf de schepping van hemel en aarde (Gen. 1:1). Zoals in Psalm 33 ook het Woord van de HEERE wordt bezongen die de hemel heeft gemaakt (Ps. 33:6). Volgens dr. Bouma tekent Johannes hier de Zoon als de volkomen Openbaring van God.  Johannes noemt Hem in zijn eerste brief “Het Woord des Levens” dat aan ons is geopenbaard en aan ons verkondigd wordt (1 Joh. 1:2).

 

Het waarachtige Licht
Johannes de Doper kwam om van Het Licht te getuigen (vers 7). Hij was immers door God gezonden om van Hem te getuigen. Om wegbereider te zijn met als doel en opdracht getuigenis te geven over de Zoon van God (Mal. 3:1). In Jesaja 40:3 staat dit als volgt uitgedrukt: “Een stem van iemand die roept in de woestijn: Bereid de weg van de HEERE, maak recht in de wildernis een gebaande weg voor onze God”. En volgens Johannes 1:7 getuigde Johannes de Doper in het bijzonder van Het Licht. Volgens dr. Bouma duidt het getuigen van het Licht niet zozeer op het getuigen van waarheid maar in het bijzonder van Zijn heerlijkheid (KV, p. 58). De Zoon van God wordt in Hebreeën 1 vers 3 genoemd “de afstraling van Gods Heerlijkheid en de afdruk van Zijn zelfstandigheid”.  Hij was het waarachtige Licht (vers 9). Zoals de Zoon van God ook van zichzelf getuigt in Johannes 9 vers 5: “Zolang Ik in de wereld ben, ben Ik het Licht der wereld”. Volgens dr. Bouma is Christus als Zaligmaker het Licht, hetgeen betekent dat Hij voor de mens de weg is tot ware kennis van God en van Zichzelf (KV, p. 211).

 

Licht in de duisternis
Kerst vieren in een donkere tijd. De kerk staat stil bij de komst van de Heiland in het vlees. In het Oude Testament was het uitzien naar de komst van de Messias, de Christus der Schriften. Een uitzien in een donkere tijd van moeite. De kerk van het Nieuwe Testament heeft het evangelie met het getuigenis over de Zoon van God in het vlees. De Zoon van God die naar de profetie van Micha werkelijk geboren is in Bethlehem Efratha (Micha 5:1 en Matth. 2:5). Hij immers is het echte en werkelijke Licht die op die naam ten volle aanspraak kan maken.

Zo kan de kerk zich in deze tijd troosten met het volle evangelie. Het evangelie met het getuigenis van Christus zelf. Hij immers die van Zichzelf getuigde te zijn: “Het Licht der wereld; wie Mij volgt, zal beslist niet in de duisternis wandelen, maar zal het licht van het leven hebben” (Joh. 8:12).[1]

 

[1]

Bronnen:
Bouma, dr. C. Korte verklaring van het Evangelie naar Johannes Kampen 1974
Greijdanus, dr. S Bijzonder Canoniek Kok Kampen 1974
Greijdanus, dr. S. Commentaar op het nieuwe testament: De brieven van Johannes Bottenburg 1929
Ridderbos, dr. J. Korte verklaring van de Kleine Profeten Kok Kampen 1974

 

 

image_pdfimage_print