De jonge christelijke kerk

Voor de jeugd beginnen we een serie waarin in verschillende lessen de geschiedenis van de kerk wordt behandeld. Vandaag deel 1 van deze serie. – MV

 


 

Door: E.T. Smith-Teunis

 

Elke zondag gaan we naar de kerk. Hier in het dorp en in andere dorpen en steden zijn er meerdere kerken. Ook zijn er mensen die niet naar de kerk gaan. Hoe komen er zoveel verschillende kerken? Hoe weten wij naar welke kerk we moeten? In de kerkgeschiedenis kunnen we daar veel over leren. Maar wat is kerkgeschiedenis eigenlijk?

 

Kerkgeschiedenis?  Wat is dat?
Toen de Heere Jezus nog op de aarde was heeft hij het zendingsbevel gegeven aan de discipelen. Dat staat in Mat. 28: 19 ( Ga dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen).

Direct na Pinksteren zijn de discipelen hier al mee aan het werk gegaan. Nu al meer dan 2000 jaar lang zorgt de Heilige Geest ervoor dat het Levende Woord van God wordt verteld. Ook aan de heidenen!

In heel veel landen is inmiddels het Woord verteld. Zelfs in landen waar de regering niks van de Heere wil weten zijn gelovige mensen!  Als over heel de wereld het evangelie verteld is, dan komt de Heere Jezus terug. In de kerkgeschiedenis zullen we horen dat De Kerk een strijdende kerk is. Er zijn veel vijanden. De satan wil er alles aan doen om de kerk kapot te maken. Soms door mensen van buiten de kerk en soms door mensen in de kerk. Maar Koning Jezus beschermt en bewaart Zijn Kerk. Hij heeft altijd grote dingen gedaan met behulp van zondige mensen. En Hij doet dat nog steeds hier in Mariënberg! Daar kunnen we op vertrouwen!

 

De Joodse opstand
De geschiedenis van de kerk laat zien hoe de eerste gemeenten van Christenen groeiden. Dat kunnen we in de Bijbel lezen. Denk maar eens aan de verhalen van de zendingsreizen van Paulus. Maar hoe ging het ondertussen in Jeruzalem? In deze stad was immers de eerste christelijke gemeente!

In Jeruzalem is het een grote chaos. Er is een kerk, maar veel Joden geloven daar niet in. Velen denken dat de Messias nog moet komen. Ze zijn de Romeinse overheersers zat en willen hen de stad en het land uitjagen. Dan kan de Messias die komt koning worden. Het lukt de Joden om de Romeinen weg te jagen.  In het jaar 66 na Chr. was zelfs het hele land vrij van de Romeinen. Wat zijn de Joden blij! Maar…….

 

Jeruzalem verwoest
De Romeinen waren in die tijd de grote wereldheersers. Over veel landen en volken waren ze de baas. Nu de Joden hen verslagen hadden wilden ze het land weer terug veroveren. Stel je voor dat andere landen een voorbeeld aan de Joden zouden nemen. De Joden moesten streng gestraft worden.

Keizer Nero uit Rome stuurt legers naar Jeruzalem.  Generaal Vespasianus zal de opstandige Joden wel een lesje leren. De strijd wordt hevig! Er sterven veel Joden en Romeinen. Maar de Romeinen zijn veel sterker.

Ze rukken op naar Jeruzalem. Dan sterft keizer Nero in Rome. Vespasianus gaat snel terug naar Rome om keizer te worden. Daarna stuurt hij zijn zoon Titus als generaal naar Jeruzalem.

Er is dus even een pauze in de strijd om Jeruzalem. Maar de Joden maken de stad niet sterker. Ze zijn juist ruzie aan het maken met elkaar.

Zo erg dat ze elkaar doden en elkaars voedselvoorraad in brand steken. Als generaal Titus voor Jeruzalem staat zijn er wel 2 miljoen Joden in Jeruzalem.

Maanden lang duurt de strijd om Jeruzalem. De mensen in de stad hebben honger. Wie probeert te vluchten wordt door de Romeinen gevangen en gedood.

Uiteindelijk lukt het om de stad te veroveren. Titus wil dat de tempel heel blijft, maar één van de soldaten gooit een fakkel weg. Dan brandt ook de tempel. Er blijft in Jeruzalem geen ene steen boven de andere staan. De Joden worden gedood of weggevoerd om als slaven verkocht te worden.

 

De Heere zorgt voor Zijn kerk
Tijdens de strijd om Jeruzalem is er geen enkele Christen gestorven.  De Heere Jezus had de Christenen al gewaarschuwd voor deze verwoesting. Hij had gezegd dat ze moesten vluchten naar de bergen. De christenen verlieten de stad toen het nog rustig was. Vlak voor de grote strijd uit brak. Ze vluchtten naar het plaatsje Pella. Zo bewaarde de Heere zijn Kerk in het land Israël.

En de Heere bewaart zijn kerk nog steeds!

Maar…..er zijn veel mensen die niets van de Heere willen weten. Ook zijn er veel mensen die de Heere niet willen dienen zoals in de Bijbel staat, maar die dat op hun eigen manier doen. Dat zijn mensen die een beetje in de Heere geloven en ook in hun eigen mening. Dat is gevaarlijk. Daardoor ontstaan er veel verschillende kerken en kan je je geloof kwijt raken.

Wij moeten trouw blijven aan de Heere en Zijn Woord geloven zoals in de Bijbel staat. Daar mogen we niet zomaar iets bij verzinnen of er uit halen. Daarom zijn we lid van de DGK in Mariënberg en gaan we elke zondag naar De Ark. Hier wordt het Woord van de Heere onveranderd bewaart.

Dat is de boodschap voor ons: Iedereen die in de Zoon van God blijft geloven komt eens op de nieuwe aarde.

image_pdfimage_print