De afgebouwde kerk

Vandaag aflevering 6 in de rubriek ‘Genade geneest’.

 


 

De bouw van Gods Kerk gaat voort de eeuwen door. Gaat voort totdat de laatste steen is ingevoegd. Daar kan geen macht ter wereld of in de hel ook maar iets aan veranderen. Het wordt wel altijd geprobeerd. De satan port vaak mensen aan, machtige mensen, die met hun geweld de Heiland en Zijn kerkbouw willen hinderen. En we weten uit Gods Woord dat, hoe dichter wij het einde naderen, hoe nader de voltooiing van de kerk in zicht komt, hoe feller dan de pogingen van satan worden om die voltooiing te beletten. En ook probeert hij de kerkbouw tegen te staan door list. Door dwaalleer, Schriftontkrachting, ontrouw en afval. En naar de mens gesproken, geeft het middel van list hem meer succes, dan het middel van geweld.

Ik zeg: naar de mens gesproken. Want in werkelijkheid maakt de satan niet één bouwsteen afhandig. Wat de Vader Hem gegeven heeft, zal niemand uit Zijn hand rukken. Ongestoord en zeker gaat de Kerkbouw voort.

En eenmaal komt de dag, dat de kerk geheel en al is afgebouwd. Dan staat ze voor het oog van de Vader te stralen in volle schoonheid en heerlijkheid. Jeruzalem dat nu bezig is van God uit de hemel neer te dalen, zal dan neergedaald zijn, als een bruid getooid, die voor haar man versierd is.

Daar arbeidt Jezus Christus op aan, en in gehoorzaamheid aan Hem en door de kracht van de Heilige Geest arbeidt de kerk zelf daar ook op aan en de kerk bidt er op aan: Kom, Here Jezus, kom met haast. Vader, uw Koninkrijk kome. Wij zien uit naar een blijde toekomst. Hier hebben we veel strijd, vaak veel moeite en zorg, tegenslagen en ziekte, teleurstellingen en bitterheden. Maar in het Nieuwe Jeruzalem, in de voltooide, de afgebouwde Kerk van de Heere is alleen maar blijdschap en vrede. Het geloof aan de kerk van de Heere, de belijdenis: ik geloof een heilige algemene christelijke kerk, werpt de poorten open naar een vrolijk verschiet en doet het hart vol gelovige verwachting kloppen.

De afgebouwde kerk. Wij kunnen het ons niet voorstellen: weg alle nijd, alle strijd, alle twist en tweedracht, alle hoogmoed en eigengereidheid‚ alle leugen en bedrog, alle schijnheiligheid en hooghartigheid, alle eigendunk en zelfvoldaanheid. Dit alles weg niet alleen bij anderen, maar bij ons zelf. Dan geen dood en graf, geen ziekte en lijden meer. Dan heeft God zelf alle tranen van onze ogen weggewist, want er is geen zonde meer, en waar geen zonden meer zijn, is ook geen wonde meer.

Eens zullen wij mogen zien, dat dwars door alles heen de grote Kerkbouwer Zijn werk volbracht heeft.

Hij, die haar kocht met zijn dierbaar bloed, die haar bewaarde en bevestigde, die haar onderhield door Zijn Woord en Sacrament.

Eenmaal wordt de laatste levende steen ingemetseld en dan is alles klaar. Hoe lang het nog duren zal? Niemand weet het en niemand kan het uitrekenen, al is dat wel geprobeerd. Wij hebben de Heiland maar rustig te laten werken, het komt wel goed.

En naar die afbouw zien wij met gelovig verwachten: Jeruzalem, o stad van mijn verlangen. Dan is God alles in allen. Dat is het blij vooruitzicht dat ons streelt.

Dan treedt de kerk in het volle licht in haar eenheid door en in de Geest van God. Dan wordt de eenheid van de Geest door de band van de vrede nooit meer verstoord. Dan wordt openbaar: één lichaam en één geest zoals u ook geroepen bent in de éne hoop, één roeping, één Heere, één geloof, één doop, één God en Vader van allen. Die is boven alles en door allen en is in allen (Efeze 4: 3-6).

Zou elk levend lid van de kerk naar die afbouw niet verlangen met zijn gehele hart?

U ook niet?

image_pdfimage_print