Belijdenis en eenheid (11): Wij geloven en belijden één katholieke of algemene kerk

Wij vervolgen hier de artikelenserie over ‘belijdenis en eenheid’ van de hand van ds. P.K.A. de Boer, emeritus predikant van de Free Reformed Churches of Australia.[1]

 


 

De titel van dit artikel is genomen uit de Nederlandse Geloofsbelijdenis. De openingswoorden van artikel 28 zijn: We geloven en belijden één katholieke of algemene kerk. We kunnen dit vergelijken met de Westminster Confession of Faith, die in hoofdstuk 25, paragraaf 1 zegt: De katholieke of universele kerk, die onzichtbaar is, bestaat uit het volle aantal uitverkorenen…, en in paragraaf 2: De zichtbare kerk, die onder het evangelie eveneens katholiek of universeel is (niet tot één natie beperkt, zoals vroeger onder de wet), bestaat uit allen die over de hele wereld de ware godsdienst belijden. Hierbij kan opgemerkt worden dat terwijl de Nederlandse Geloofsbelijdenis spreekt over één kerk, de Westminster Confession inhoudt dat er twee kerken zijn, de ene onzichtbaar en de andere zichtbaar. Deze gevolgtrekking ligt in haar bewoordingen wanneer ze in haar tweede paragraaf zegt dat de zichtbare kerk ook katholiek of universeel is. Mijn intentie hier is om te laten zien dat dit een belangrijk verschil is, met serieuze praktische gevolgen. Dit zal allereerst worden gedaan door aandacht te geven aan hetgeen de Westminster Confession zegt over de onzichtbare kerk, en daarna wat zij zegt over de zichtbare kerk.

 

De lering van de Westminster Confession over de “onzichtbare” kerk

Zoals reeds zichtbaar in het citaat hierboven zegt de Westminster Confession dat de onzichtbare kerk bestaat uit het volle aantal uitverkorenen… Ter verduidelijking voegt zij hieraan toe dat dit omvat allen die tot één vergaderd werden, worden of zullen worden onder Christus haar Hoofd; zij is Zijn vrouw en Zijn lichaam, vervuld met Hem, die alles in allen volmaakt. Ik wil u eraan herinneren hoe een paar artikelen geleden er aandacht werd gegeven aan de neiging van de Westminster Confession om Gods eeuwige besluit en verkiezing als haar startpunt te nemen. Ze doet dit beslist hier. Ze houdt vast aan, en benadrukt, de lering dat boven alles God alle dingen van eeuwigheid beslist. Dit wordt onderscheiden van de werkelijkheid die hier beneden op aarde plaatsvindt.

 

Laat me dit nader verklaren: Degenen die deze lering van de Westminster Confession volgen, brengen in dat het essentieel is om uitverkoren te zijn en dus tot de onzichtbare kerk te behoren, omdat alleen dat degenen zijn die behouden worden. Zoals verderop zal worden getoond, is een verdere gevolgtrekking dat het niet zoveel uitmaakt tot welke zichtbare kerk men behoort. Echter, voordat we daarop ingaan, mag ik u erop wijzen dat hetgeen de Westminster Confession de onzichtbare kerk noemt, als deel van Gods eeuwige besluit, tot Zijn verborgen wil behoort. De Here vertelt ons over het feit van zijn eeuwige besluit, of voornemen, maar vertelt ons niet wat het omvat. Een ware gelovige mag leven met de zekerheid dat hij uitverkoren is, maar hij mag niet speculeren over de uitverkiezing van anderen. Deze kennis behoort tot de Here en we mogen niet proberen nieuwsgierig daarin in te zien.

 

Wanneer we in de Nederlandse Geloofsbelijdenis spreken over één heilige katholieke of algemene kerk erkennen we dit besluit en voornemen van God, maar we erkennen dat Zijn voornemen aan Hem toebehoort en dat het een voornemen is waarmee Hij druk bezig is om dat uit te werken tijdens de wereldgeschiedenis. We zullen dus niet spreken over een onzichtbare kerk in onderscheid van een zichtbare kerk. In plaats daarvan zullen we vanuit de Schrift erkennen dat de Here reeds alles heeft voorgenomen met betrekking tot de vergadering van Zijn kerk. Hij weet wat het eindresultaat zal zijn, waaronder exact al degenen die daartoe zullen behoren. Echter, het eindresultaat is nog niet bereikt. De Here werkt er nog aan. Na de zondeval begon Hij Zijn kerk te vergaderen. Vanuit hetgeen Hij in de Schrift vertelt mogen we opmaken dat Adam, Eva, Noach, Abraham, Izak, Jakob, David en velen die de Here niet noemt reeds tot deze kerk behoren. In feite – omdat de Here leert dat degenen die hun vertrouwen op Hem stellen na hun dood onmiddellijk in de hemel worden opgenomen – weten we dat een groot gedeelte van Zijn kerk reeds daar in de hemel is vergaderd. Wij, die nog hier op aarde leven, kunnen hen niet zien en zullen daarom erkennen dat in vele opzichten het kerkvergaderend werk van de Here voor ons is verborgen. Voor ons is het onzichtbaar.

 

Bovendien, terwijl de Here druk bezig is om Zijn kerk hier op aarde te vergaderen uit vele plaatsen en landen, zien we dit ook niet allemaal. We kunnen bekend zijn met Zijn kerkvergaderend werk in bijvoorbeeld Nederland, Canada, Zuid-Afrika, Zuid-Korea, Indonesië en minder toegankelijke landen als China en Noord-Korea, maar we kunnen niet zien waarmee de Here bezig is. Samengevat, we erkennen dat de Here een voornemen heeft; Hij is druk bezig Zijn kerk te vergaderen door de eeuwen naar Zijn voornemen. We kunnen dit niet allemaal zien, maar dat betekent niet dat er een onzichtbare kerk is, in onderscheid van een zichtbare. De Schrift zelf maakt een dergelijke onderscheiding niet.

 

De lering van de Westminster Confession over de “zichtbare” kerk

Zoals even hiervoor werd aangehaald, bestaat volgens de Westminster Confession de zichtbare kerk uit allen die over de hele wereld de ware godsdienst belijden, samen met hun kinderen. Verder wordt uitgelegd dat zij is het Koninkrijk van de Here Jezus Christus, het huis en gezin van God; en buiten haar is geen normale mogelijkheid om behouden te worden. Zoals kan worden opgemaakt uit de naam die aan haar wordt gegeven, duidt de zichtbare kerk aan hoe wij hier op deze aarde kerken zien samenvergaderd. Dat dit wordt bedoeld door deze belijdenis wordt bevestigd wanneer ons verder wordt verteld in de volgende paragraaf dat zij heeft de evangeliebediening, de woorden Gods en zijn instellingen, voor de vergadering en volmaking van de heiligen.

 

In praktische zin wordt deze uitleg van de zichtbare kerk in het bijzonder problematisch wanneer we verder lezen in paragraaf 5 dat de zuiverste kerken die er onder de hemel zijn nog blootstaan aan verwarring en dwaling. Hoewel het waar is dat sommige kerken meer getrouw zijn dan andere (zie bijvoorbeeld hoe de zeven kerken in Klein-Azië worden toegesproken in Openbaring 2 en 3) is het probleem dat in de praktijk deze lering wordt toegepast op de diversiteit tussen verschillende denominaties[2] die vandaag worden gezien. Zodoende kan een baptisten-, of pinksterkerk een hoger of lager niveau van zuiverheid hebben, en toch worden ze nog beschouwd als wettige kerken. Uiteraard zou iemand worden aangemoedigd om lid te worden van de meest zuivere zichtbare kerk, maar de gevolgtrekking is dat het uiteindelijk niet zoveel uitmaakt tot welke zichtbare kerk men behoort. Wat werkelijk uitmaakt is dat men een lid is van de onzichtbare kerk. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de Westminster Confession erkent dat sommige kerken zo zijn verbasterd dat ze geen kerken van Christus meer zijn maar synagogen van Satan, maar het onderscheid tussen de ware en de valse kerk zoals geleerd in de Nederlandse Geloofsbelijdenis wordt erg troebel.

 

In artikel 29 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis onderhouden we dat de ware kerk wordt herkend aan haar kenmerken, namelijk 1) dat de kerk de zuivere prediking van het evangelie onderhoudt, 2) dat zij de zuivere bediening van de sacramenten onderhoudt…, en 3) dat de kerkelijke tucht geoefend wordt om de zonden te bestraffen… Waar deze kenmerken worden gevonden, daar is Christus werkelijk bezig zijn kudde te vergaderen. Waar deze kenmerken niet worden gevonden, is Hij niet aan het vergaderen. We baseren dit op hetgeen de Here Jezus zegt in Johannes 10 dat Zijn schapen naar Zijn stem horen (verzen 16 en 27). Zelfs hoewel de boodschap van zaligheid wordt gebracht door zwakke en gebroken vaten, is het punt dat de ware kerk wordt herkend aan de zuivere evangelieverkondiging. De vraag hier is en blijft of de boodschap die wordt gebracht wel of niet recht doet aan hetgeen de Here heeft geopenbaard in de Schrift. Nauw hieraan verbonden en onafscheidelijk daarvan is de kerkelijke tucht, omdat de valse leraars duidelijk verworpen moeten worden (zie Titus, en de nadruk op de leer in de eerste hoofdstukken en dan in het bijzonder 3:10[3]). Dus, om het op een praktische en directe manier te zeggen, zoals degenen die in het verleden erop stonden dat de besnijdenis voortging, zo moeten vandaag diegenen verworpen worden die eraan vasthouden het voorrecht en de zegen van de kinderdoop te ontkennen. Zo moeten ook verworpen worden diegenen die de lering van de Schrift met betrekking tot Zijn heerlijke schepping, en de bijzondere positie en rol die Hij aan mannen en vrouwen heeft gegeven, ondermijnen. We kunnen hieraan toevoegen diegenen die de rijke troost van de zaligheid ondermijnen door eraan vast te houden dat mensen voor zichzelf een bepaalde mate van de Geest moeten bereiken, enzovoorts. Hier is niet de tijd, plaats en doel om iedere ketterij te analyseren, maar hopelijk wordt het beeld duidelijk. Waar het evangelie niet langer puur wordt verkondigd, kan men niet volhouden dat een dergelijke kerk slechts een minder zuivere zichtbare kerk is. Dit is wat het spreken over verscheidene denominaties zo verkeerd en misleidend maakt. De Schrift spreekt ook niet op een dergelijke wijze. Zij spreekt slechts over Christus die Zijn kudde samen vergadert als Zijn kerk. Met dankbaarheid mogen we herkennen dat Hij dit doet in verscheidene plaatsen en na een dergelijke herkenning kunnen we samengevoegd worden als verband van kerken.

 

Enige nadere overwegingen over dit verkeerde onderscheid tussen onzichtbare en zichtbare kerk

De meeste denominaties verdedigen tegenwoordig dit onderscheid tussen een onzichtbare en zichtbare kerk. In die context wordt vaak gehoord dat het niet werkelijk uitmaakt tot welke zichtbare denominatie men behoort, omdat delen van de onzichtbare kerk in al deze denominaties worden gevonden. Hoewel het vandaag erg algemeen is geworden om op een dergelijke wijze te spreken, is deze lering in zichzelf onschriftuurlijk. Zij leent zich erg makkelijk voor de huidige postmoderne gedachte dat de waarheid kan variëren, afhankelijk van iemands eigen perceptie en interpretatie. Het kan gezien worden als één van de grootste bedreigingen van de waarheid van Gods Woord en de ware vergadering van Zijn volk vandaag. Het is zo gevaarlijk omdat het op een subtiele en verborgen manier verschijnt. Het is de bedoeling om aan deze dwaling verdere aandacht te geven met betrekking het toezicht op het avondmaal.

 

Laten we hiertegenover in gedachten houden hoe de Here in Zijn Woord duidelijk maakt dat we ons bij de ware kerk moeten voegen, die de werkelijke vergadering van Zijn volk is, die vandaag voortgaat. In artikel 28 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis belijden we dat er geen heil is buiten deze heilige vergadering en gemeente. Dit is niet bedoeld om te insinueren dat er geen ware gelovigen buiten de kerk zijn. Die kunnen er zijn, maar zij zijn ten onrechte buiten, en zullen op de een of andere wijze aan Christus’ kudde toegevoegd worden, zelfs al is het op hun sterfbed (zie Zondag 22). Dit betekent dat er voor ons vandaag een grote noodzaak is om met Christus’ kudde vergaderd te worden, die voor ons vandaag de ware kerk is, omdat Christus Zijn kudde heeft gered en Hij ons oproept dat wij daarbij worden gevoegd. Te verwaarlozen dat we ons bij de ware kerk moeten voegen is zoals het te verwaarlozen het weer te checken voordat we de zee op gaan. Het komt erop neer onachtzaam zichzelf in gevaar te begeven. We moeten het argument opzijzetten dat God degenen die Hij besloten heeft te redden toch wel zal redden. Zoals we ook voordat we de zee opgaan de gevaren niet negeren met de gedachte dat God toch wel zal redden degenen die Hij besloten heeft te zullen redden, zo moeten we ook wanneer we over de kerk spreken de oproep gehoorzamen om tot Zijn kudde gevoegd te worden. Gods eeuwige voornemen en Zijn besluit van verkiezing nemen niets weg van onze menselijke verantwoordelijkheid. We mogen beslist niet de Here onze God verzoeken en moeten de verleidingen weerstaan, zoals ook Christus die heeft weerstaan (Mattheüs 4:5-7).

 

 

[1] P.K.A. de Boer, ‘We Believe and Profess one Catholic or Universal Church’, Una Sancta, October 31, 2015: pp. 470-472.

[2] Dit is een term waarvan wij als gereformeerde belijders altijd van zijn weggebleven (zie verderop), maar die heel gebruikelijk is geworden onder degenen die de onderscheiding tussen onzichtbare en zichtbare kerk verdedigen.

[3] De oude Statenvertaling van dit vers is nog altijd het meest accuraat: Verwerp een ketterse mens na de eerste en tweede vermaning.

image_pdfimage_print