Soevereine liefde

Onderstaande Schriftoverdenking is van de hand van Ds. E. Th. van den Born (1900-1982).[1]


Wees dan waakzaam, want u weet de dag en ook het uur niet waarop de Zoon des mensen komen zal.
~Matth. 25:13

 

Dit woord van de Heiland is een woord van soevereine liefde. Als Hij dit woord spreekt, dan duurt het nog maar enkele dagen en Hij is de Bruidegom aan Wie alles begeerlijk is. De Bruidegom aan Wie de Vader macht zal geven de bruiloft te bereiden in de gloriewereld, van waar Hij gekomen is en waar Hij weer heengaat. De Bruidegom, Die ons op Zijn weg gezet heeft, de weg van Zijn feest, en Die nu met soevereine liefde ons beveelt om Zijn feest ook zuiver te bewaren, totdat Hij komt om ons tot Zijn glorie in te trekken. Want Zijn feest zal niet gevierd worden in deze wereld, de wereld van de bruid, maar in de wereld van de bruidegom. En wie dit woord van soevereine liefde, “wees dan waakzaam”, gehoord heeft, wie daarin de Bruidegom heeft horen spreken, die bewaart nu ook Zijn feest in een goed en zuiver hart. In een hart, dat Zijn feest niet vervalst, dat Zijn feest ook nimmer vergeten kan, dat zich niet laat verleiden door valse profeten. Het blijft voor hem het feest van de hemelse bruidegom. En hem vergelijkt de Heiland nu met de wijze maagden, die, ter bruiloft genodigd, niet alleen hun feestlampen meenamen, maar ook hun oliekruiken. Zij hadden dat gedaan, omdat zij bij zichzelf overlegd hadden, dat het zou worden het feest van de bruidegom, niet hun feest, maar zijn feest. En zij wilden hem daarin eren, opdat hij zijn feest luisterrijk zou vieren. En zo kwam het, dat zij brandende feestlampen hadden toen de bruidegom inging tot zijn feest.

De Heiland wist, dat er een lange tijd zou liggen tussen Zijn heengaan tot de Vader en Zijn wederkomen. In de tussentijd zou plaats vinden de rijpmaking van de eeuwen, de samenvergadering van de grote gemeenschap van de heiligen, maar ook het optreden van de valse profeten, die er velen verleiden zullen, ook de grote afval. In die tijd, waarin de Bruidegom wacht met te komen, komt het er nu op aan of ons hart Zijn soevereine liefde ondergaan heeft, dat wij horen bij Zijn feest, of wij dus ook zelf de liefde hebben om Zijn Woord getrouw te bewaren, zoals wij het ontvangen hebben, of wij nog dezelfde uitnodiging hebben, als waarmee wij door Hem ter bruiloft zijn genodigd. Uit dat feit zal dan het wonder plaats vinden van mede-aangezet te worden aan Zijn tafel. Uit het zuiver bewaren van Zijn evangelie, ondanks de vele valse profeten, bloeit dan de glorie op van op de akker te zijn en toch gereed te wezen, van in de keuken te staan en toch bereid te zijn voor Zijn feest, van op kantoor te zitten en toch meegetrokken te worden naar de wereld van de Bruidegom. Uit het getrouw bewaren van de eenmaal ontvangen uitnodiging komt dan de heerlijkheid op van in een oogwenk de feestlamp te kunnen ontsteken, om de komende Bruidegom te ontmoeten. Dat hangt niet af van iemands laatste gebed – hij krijgt er geen gelegenheid meer toe- of van iemands laatste psalm – daar is zelfs geen tijd meer voor als de bruidegom komt, – maar dat hangt hier vanaf, of ons hart Zijn soevereine liefde erkend heeft, en dus al Zijn woorden in dierbaar geloof bewaard heeft, al heeft het eeuwen geduurd voor Hij wederkwam. Getrouw bewaard ook in de strijd tegen de valse profeten, die Zijn feest hebben verduisterd en Hem Zijn glorie hebben ontnomen.

Hij is gereed tot de bruiloft, zegt de Heiland. Die mens heeft een feestlamp te ontsteken, wanneer in de wolken het teken van Zijn toekomst verschijnt. Dan kan niemand begrijpen, gereed te zijn, een feestlamp te hebben, wanneer de hemelse Bruidegom komt. Want Zijn komen tot ons is geweldig, is verbijsterend van glans en heerlijkheid. Hij is er in een punt van de tijd. Hij komt midden in het cultuurleven van deze wereld. En hij komt om ons tot Zich te trekken, om ons in Zijn gloriewereld te zetten. En dat gaat naar de werkmethode van Hem, bij Wie duizend jaren zijn als één dag, en één dag als duizend jaren. En alleen wie in zijn hart Zijn feest bewaard heeft, die is gereed, gereed om in een punt van de tijd getrokken te worden, om in een oogwenk tot de bruiloft in te gaan. Zijn feestlamp is het getrouw bewaard  hebben van het evangelie van de kruis, in de wereld gepredikt naar het welbehagen van God. Dat is het beslissende op de dag van Zijn wederkomst.

Zo waakt dan! En wat beslissend is op de dag van Zijn komen tot ons, is ook beslissend in ons leven. Als wij vandaag willen zijn, zoals wij ook zijn willen op de dag van Zijn komen, dan moeten wij Zijn Woord getrouw bewaren. Dan zal op die grote en geweldige dag van de Bruidegom ook onze feestlamp branden en zullen wij gereed zijn tot de bruiloft. En die strijd om Zijn Woord getrouw te bewaren wordt al groter. Dus zal ook onze liefde zich moeten verdiepen om Zijn feest vast te houden. En deze liefde zal zich verdiepen, zo zij zich laat beheersen door Zijn soevereine liefde, waarmee Hij ons aanspreekt: “Wees dan waakzaam!” Want wij staan op de weg van Zijn feest. Wij zijn daar op gezet door verkiezende liefde.

Zó mag Hij soeverein over ons heersen.

Het is ook groot een hemelse Bruidegom te hebben.

 

[1] Overgenomen en licht gemoderniseerd uit: E.Th. van den Born, Van Souvereine Liefde (Goes: Oosterbaan & Le Cointre, z.j.).